Paus voor iedereen

Paus voor iedereen

In deze rubriek reflecteren twee theologen uit het dopers tiental op een actuele kwestie.

Paus Franciscus sprak veel mensen aan, ook niet-katholieken. Hij werd wel ‘de paus voor iedereen’ genoemd. Wat kunnen we van hem leren? Margarithe Veen en Henk Leegte buigen zich over deze vraag.

Hoewel de hiërarchie van de Rooms-Katholieke Kerk ver van de doopsgezinden af staat, past Franciscus’ boodschap van verbondenheid, barmhartigheid en soberheid misschien juist wel heel goed bij het doopsgezinde denken. Daarom is de vraag aan het dopers tiental deze keer: wat kunnen we leren van paus Franciscus?

Margarithe Veen, predikant van de Samenwerkende Doopsgezinde Gemeenten te Zaandam en Krommenie, herinnert zich het moment dat Franciscus net tot nieuwe paus was gekozen nog goed. Hij stapte voor de eerste keer het balkon aan het Sint-Pietersplein op en wenste de mensenmenigte eenvoudigweg goedenavond (‘Buona sera’). “Je voelde meteen dat hij dichtbij de mensen wilde staan en dat heeft hij tot het einde toe volgehouden. Hoe mooi is het dat hij de dag voor zijn overlijden nog het urbi et orbi uitsprak, de paaszegen voor de stad en de wereld. En dat hij – hoe verzwakt ook – toch nog een ronde langs de mensen op het plein maakte. Hij wilde echt tussen de mensen zijn.”

Hij wilde echt tussen de mensen zijn

Het streven naar nabijheid vindt ook Henk Leegte, predikant van de Verenigde Doopsgezinde Gemeente Amsterdam, typerend voor de manier waarop deze paus in het leven stond. Hij weet nog dat Franciscus’ eerste reis als paus naar het eiland Lampedusa ging, waar duizenden vluchtelingen in erbarmelijke omstandigheden bivakkeerden. Leegte: “Hij liet zien waar het hem om ging: oog hebben voor de weduwen, de wezen en de vreemdelingen. Dat lijkt me totaal bijbels en dus was hij in dat opzicht ook voor ons als doopsgezinden een voorbeeld.” 

Voetwassing
Beiden theologen memoreren de jaarlijkse Witte Donderdagvieringen waarin de paus voorging en waarin hij de voeten waste van een groepje aanwezigen. Leegte: “Vorige pausen deden dat ook wel, maar die kozen voor de frisse voeten van priesters die bij wijze van spreken net onder de douche vandaan kwamen. Franciscus ging de wereld in en waste de voeten van de mensen van de straat, van vluchtelingen, van gevangenen.” Veen voegt daaraan toe: “Ik denk dat als je voeten van mensen wast, je hen daarmee als het ware zegent. De paus liet daarmee niet alleen zien dat hij dienstbaar wilde zijn aan de kwetsbaren, maar hij leek daarmee ook te willen zeggen: je bent gezegend met de voetstappen die je zet. Misschien gaf hij ze daarmee wel de moed om op een goede manier nieuwe voetstappen te zetten.”

Modernisering van de kerk
Voor protestanten kan het soms lijken alsof paus Franciscus tijdens de twaalf jaren van zijn pontificaat niet zoveel is opgeschoten met de modernisering van de kerk. Leegte legt uit: “Wij denken al gauw: schiet nou toch eens op met de verbetering van de positie van de vrouw. Maar we moeten ons goed realiseren dat de kerk van Rome echt totaal anders naar de wereld en de werkelijkheid kijkt dan wij. De Rooms-Katholieke Kerk weet dat godsdienst met álles te maken heeft. Met sociale gerechtigheid, met landsbestuur en internationale politiek, met micro- en macro-ethiek. Als je overal rekening mee houdt, duurt het lang voor je iets bereikt.

Bovendien ligt in de Rooms-Katholieke Kerk het perspectief niet bij aanstaand weekend of bij volgende maand, maar bij het komende millennium. Deze paus heeft – net als zijn voorgangers trouwens – gewerkt aan een geleidelijk vernieuwingsproces. Een verschuiving van een waanzinnig machtsinstituut naar een kerk die de dialoog aangaat. Een uitnodigende kerk, waarin niet alleen kardinalen, maar ook priesters en diakens, monniken en nonnen, gewone mensen – mannen en vrouwen – met elkaar spreken aan ronde tafels. De leer hoeft daar niet zo erg voor te veranderen, vanuit zijn opvatting.

Hij heeft gewerkt aan een geleidelijk vernieuwingsproces

Vergeet ook niet dat de kerk van Rome een wereldkerk is met 1,3 miljard gelovigen – van traditioneel gelovige Afrikanen tot geseculariseerde Europeanen en alles daartussenin. Dat is echt iets heel anders dan ons kleine groepje doopsgezinden. Het zijn totaal andere grootheden.”

Oecumene
Beide predikanten hebben vanwege hun oecumenische activiteiten de paus in levende lijve gezien. Leegte schudde hem nog maar enkele maanden geleden de hand, Veen zag hem in 2018. Toen bezocht Franciscus het Oecumenisch Instituut in Bossey bij Genève, om het zeventigjarig bestaan van de Wereldraad van Kerken mee te vieren. Veen was daar ook, omdat ze vanuit de masterstudie Peace, Trauma and Religion haar stage volgde bij het communicatieteam van de Wereldraad van Kerken.

Veen: “Ik vond het zo’n mooi beeld dat de paus en andere kerkleiders elkaar daar omhelsden. De boodschap daarvan was: als kerken moeten we samenwerken waar we maar kunnen, om de kerk een veldhospitaal te laten zijn, waar de kwetsbaren terecht kunnen. Dat hebben we van deze paus kunnen leren: als er een kerk moet zijn, dan is die toch in ieder geval barmhartig! Mensen die zich in deze harde wereld ongezien voelden, werden door hem wél gezien. Dat is het goede voorbeeld dat deze paus gaf: ga erop uit, wees niet bang en dien.” 

Tekst: Marleen Kieft
Beeld: Susan de Loor